CIRTI – Journée d’étude “Figures du retraducteur”

Op woensdag 11 december 2019 vindt de studiedag “Figures du retraducteur” aan het departement Vertalen en Tolken van de Universiteit van Luik plaats (rue des Pitteurs).

Programma : Programme Figures du retraducteur

«Alors que les originaux restent éternellement jeunes […], les traductions, elles, “vieillissent”». Cette idée, très répandue, justifierait les entreprises de retraduction, expliquerait que, régulièrement, les textes fassent peau neuve. Néanmoins, nombre d’autres facteurs entrent dans l’équation : aux facteurs textuels s’ajoutent notamment les considérations plus commerciales des stratégies éditoriales. En outre, le rôle des agents individuels (auteurs, traducteurs ou éditeurs, entre autres) est crucial dans le phénomène de la retraduction.

Cette journée d’étude entend mettre en lumière une série de « Figures du retraducteur ». Alors que le traductologue Yves Gambier traitera la question de la retraduction de textes non littéraires, Albert Bensoussan et Josée Kamoun évoqueront leur travail de (re)traducteurs littéraires et se concentreront, respectivement, sur les cas des retraductions de Conversación en La Catedral, de Mario Vargas Llosa, et de 1984, de George Orwell. L’écrivaine Marie Darrieussecq, qui a retraduit Ovide, Virginia Woolf, puis James Baldwin, parlera des liens qu’entretiennent, dans sa pratique personnelle, écriture et traduction. Vivien Féasson se penchera sur les raisons qui poussent à retraduire des œuvres de fantasy telles que La Roue du Temps ou Le Seigneur des Anneaux. Enfin, Patricia Willson et Justine Houyaux s’interrogeront sur la tâche du retraducteur quand texte et image se conjuguent dans des retraductions illustrées.

 

Inschrijvingen zijn nog mogelijk via deze link :
https://docs.google.com/forms/d/e/1FAIpQLSeUYSnsVOmrpKqWLfrA2JZeAf6SKteSVQcAUYUtNHDkXzfqaQ/viewform?usp=sf_link

Call for papers : “Avant-Garde Poetry in Translation” (UGent)

Avant-Garde Poetry in Translation

Ghent University
Department of Translation, Interpreting and Communication
12th March, 2020
Ghent, Belgium

Since the 1920s avant-garde poetry has forged an unconventional path that resists categorization and questions mainstream culture. Over the years, the avant-garde has been viewed from different perspectives. It has been studied as a poetic style (Kramer 2009: 3), an aesthetic revolution (Erjavec 2015: 87), a process of experimentation (Chaitas 2017: 74), and a critique of art as it stands at the current time (Watkin 2001: 130). This conference invites us to reflect on the possibility of translating avant-garde poetry. Special focus is given to the aesthetics of the interwar period and to the neo avant-garde poetry that emerged after the Second World War. By adopting a transnational approach to the study of the avant-garde, we encourage participants to focus on any language and linguistic tradition in and outside Europe.

Translation, which can be understood as “a contextual revision of meaning” (Le Blanc 2019: 59), raises questions regarding the timelessness of the literary work and the relevance of the avant-garde not only in its original socio-political context but also to this day. In examining the possibility of translating poetry, we can also consider the different forms that translation has taken within the context of the avant-garde. For instance, poets of the concretist movement in Brasil —under the influence of Ezra Pound, developed a conception of translation that seeks to reproduce the original text without, however, respecting its meaning (de Campos 2004).

In the 1960s, the French journal Change (1968-1983) qualified translation as a transformative practice (Robel 1973). During those years, translation was associated with the notions of “openness”, “extension”, “plurality”, and “multiplication”, that were part of the critical discourse of the time (Brisset 2006: 236). Those who embraced the movement of transformationnisme saw translation as a way to unearth the hidden potential of the original text and rejected translation as an act of communication or equivalence. As seen in Gérard de Cortanze’s “transformation” (1976) of Huidobro’s poem Altazor (1931), different types of translation are possible as long as they highlight the expressiveness of the language (e.g. word-for-word translations, phonetic translations, translation-extraction).

Despite its capacity to challenge the boundaries of poetic language and form, avant-garde poetry remains largely untranslated (Lodge 1998). Indeed, poetry translation attracts little attention and occupies a tenuous position in academic textbooks. As theoreticians have argued, poetry is “the least translated literary genre” (Venuti 2011: 127) and a “disinterested activity par excellence” (Bourdieu 1993: 51).

This conference opens up new lines of inquiry in the field of translation studies, by inviting participants to explore avant-garde poetry and experiment with different translation options. Theoretical reflections and/or practical case studies can focus on one (or more) of the following subjects:

– Translations of avant-garde poetry during the beginning of the 20th century and the interwar period (e.g. Dada, Futurism, Expressionism, Surealism, Constructivism etc.)

– Translations of neo avant-garde poets in post-war Europe (e.g. Abstract Expressionism, Pop Art, Nouveau Réalisme, Neo-Dada, Fluxus etc.)

– The poetic legitimacy of the translator

– Theoretical and/or methodological difficulties in poetry translation

– Recontextualization of avant-garde poetry in translation: social relevance and impact

– Avant-garde poets as translators

Scholars at any stage of their research are invited to submit their abstracts in English or French (250-300 words) until the 15th of January 2020. Submissions should be sent to the organizers via e-mail:  amaury.desart@ugent.be and christina.bezari@ugent.be. You will receive a response by the end of January.

PETRA-E Europees referentiekader voor de opleiding en deskundigheidsbevordering van literair vertalers

Lezingreeks Master Literair Vertalen 2019-2020
*
PETRA-E Europees referentiekader voor de opleiding en deskundigheidsbevordering van literair vertalers.
Van beginner tot expert: leiden alle wegen naar Rome?

Tijdens deze lezing-workshop zal Goedele De Sterck de PETRA-E Leerlijn Literair Vertalen presenteren. Op basis van haar eigen ervaring als docente, onderzoekster en literair vertaalster zal ze een van de mogelijke trajecten beschrijven. Vervolgens worden de vertalers in opleiding uitgenodigd om zelf aan de slag te gaan met het PETRA-E-referentiekader en hun persoonlijke traject uit te stippelen. Deze lezing zal studenten, beginnende vertalers en docenten meer inzicht verschaffen in de opzet en de strekking van de Leerlijn Literair Vertalen.

Dinsdag 10 december 2019 | 14.30-17.30 u | KU Leuven Faculteit Letteren, Campus Sint-Andries, Sint-Andriesstraat 2, 2000 Antwerpen, lokaal 2.10 (tweede verdieping)

Toegang: gratis – de aanwezigen ontvangen een exemplaar van de PETRA-E Leerlijn Literair Vertalen – graag aanmelden via chris.vandepoel@kuleuven.be

Voor meer informatie: Lezing-Workshop G. De Sterck 10 december 2019

Gastcollege van Philippe Noble over de vertaling van Malva, een roman van Hagar Peters

Op dinsdag 12 november geeft Philippe Noble een gastcollege bij de GV vertaling van culturele teksten in de master vertalen Frans (UGent). Noble is directeur de collection “Lettres Néerlandaises” (de enige serie vertaalde Nederlandstalige literatuur in Frankrijk) bij uitgeverij Actes Sud. Hij vertaalde ongeveer 60 Nederlandstalige werken in het Frans (poëzie, proza, getuigenisliteratuur) van onder meer  Multatuli, Edgar du Perron, Harry Mulisch, David Van Reybrouck, Miriam Van hee, Arnon Grunberg, Etty Hillesum  en ca. 20 titels van Cees Nooteboom. Noble begeleidt ook jonge vertalers Nederlands-Frans via vertaalateliers en individuele coaching. In het gastcollege staat een van zijn meest recente vertalingen centraal die hij samen met Sandrine Maufroy maakte: de roman Malva  (2015) van de Nederlandse schrijfster Hagar Peeters (Malva Actes Sud, 2019). Peeters kreeg hiervoor de Fintro Literatuurprijs. In een gedragen stijl vertelt Peeters over Malva, de dochter van de Chileense dichter Pablo Neruda. Het meisje kwam ter wereld met een waterhoofd en werd al snel door haar vader verstoten. Ze woonde in een pleeggezin in Nederland en stierf op achtjarige leeftijd tijdens de Tweede Wereldoorlog. In de roman van Peeters spreekt Malva vanuit het dodenrijk tot ons, vergezeld van andere kinderen die door hun beroemde ouders in de steek werden gelaten. Tijdens het gastcollege wordt een fragment uit de roman gedetailleerd bekeken waarbij vooral de vertaalstrategieën voor onvertaalbare passages centraal zullen staan. Daarnaast zal Noble ook ingaan op het aspect “duovertaling”

Iedereen is van harte welkom.

Dinsdag 12 november, lokaal A404 (UGent, Campus Mercator). Van 16.00 uur tot 18.00 uur.